Tussenmeer

(Tekst: Onno-Sven Tromp)

Als ‘s ochtends vroeg de markt wordt opgebouwd,
kun je de kooplui luidkeels horen zingen,
terwijl ze stug hun koude handen wringen
en elke hulp met volle kratten sjouwt.

En als de groenteman zijn kolen stouwt,
lukt het hem ook zijn bieten te bedwingen.
Toch blijven champignons zijn kraam uitspringen,
hoe stevig hij ze ook in dozen douwt.

Om negen uur verschijnt de eerste klant,
die zoekt zijn weg, een briefje in zijn hand,
en banjert langs de groenten, broden, vis.

Hij kiest de fruitkraam uit en vult zijn tas
met kiwi’s, mango’s en een ananas,
tot blijkt dat hij zijn geld vergeten is.